Het kerstverhaal (deel 6/24):

Want een kind is ons geboren, een zoon is ons gegeven. Deze namen zal hij dragen: wonderbare raadsman, goddelijke held, eeuwige vader, vredevorst.

De engel zei tegen Maria: “Wees niet bang Maria, God heeft je zijn gunst geschonken. Maria, je zal zwanger worden en een zoon baren en je moet hem Jezus noemen.”

De afkomst van Jezus Christus was als volgt: toen zijn moeder Maria al was uitgehuwelijkt aan Jozef, maar nog niet bij hem woonde, bleek ze zwanger te zijn door de heilige Geest.

Mattheus 1:20  ‘De engel zei: Jozef, zoon van David wees niet bang om Maria, je vrouw bij je te nemen, want het kind dat ze draagt is verwekt door de heilige Geest.’

The Christmas Story (part 6/24):

For unto us a Child is born, Unto us a Son is given and His name will be called: Wonderful, Counselor, Mighty God, Everlasting Father, Prince of Peace.

Then the angel said to her, “Do not be afraid, Mary, for you have found favor with God. And behold, you will conceive in your womb and bring forth a Son, and shall call His name Jesus.”

Now the birth of Jesus Christ was as follows: After His mother Mary was betrothed to Joseph, before they came together, she was found with child of the Holy Spirit.

Matthew 1:20 ‘And the Angel said, “Joseph, son of David, do not be afraid to take to you Mary your wife, for that which is conceived in her is of the Holy Spirit.”‘

Opdracht:

Jozef vertrouwde op wat de engel zei. Heb jij weleens een engel gezien?

Task:

Joseph trusted the angel. Did you ever saw an angel?